Een cruciaal aspect van geld schenken aan je (klein)kind is het begrip van belastingvrij schenken. Jaarlijks mogen ouders en grootouders een bedrag belastingvrij schenken, en met consistentie kan dit bedrag na verloop van tijd aanzienlijk oplopen. Dit geld kan rechtstreeks overgemaakt worden, maar ook worden geschonken op papier, waarbij het geld als het ware ‘bewaard’ wordt voor toekomstige doeleinden.

 

Met een schenking op papier doe je een toezegging om een bepaald bedrag aan je (klein)kind te schenken, maar je maakt dit bedrag niet direct over naar hun rekening. In plaats daarvan leent je (klein)kind het geld meteen weer aan jou terug. Jaarlijks betaal je rente over deze lening. Deze strategie biedt de mogelijkheid om te schenken, zelfs als je vermogen momenteel vastzit in onroerend goed, zoals een huis. Vaak wordt overeengekomen dat de daadwerkelijke overdracht van de schenking pas plaatsvindt na jouw overlijden, of bijvoorbeeld wanneer je (klein)kind een huis aanschaft. Deze sectie verkent ook andere mogelijkheden om (klein)kinderen te ondersteunen bij woningaankopen, zoals het verstrekken van familieleningen.

 

Schenking kind:

• Je mag ieder jaar als ouders een bedrag belastingvrij schenken. In 2024 is dat maximaal €6633

• Je mag eenmalig een groot bedrag schenken aan een kind tussen de 18 en 40 jaar. In 2024 is dat bedrag €31.813. Gebruikt je kind de schenking voor een dure studie, dan

geldt soms een hogere vrijstelling.

 

Schenking kleinkind:

• Als grootouders mag ieder jaar een bedrag belastingvrij schenken. In 2024 is dat maximaal €2658. Deze vrijstelling geldt ook voor een schenking aan een andere dierbare.

 

Als de schenking binnen de jaarlijkse vrijstelling valt, dan hoeft je (klein)kind geen aangifte te doen. Bij alle andere schenkingen wel. Ook bij een schenking die onder de eenmalige hoge schenkingsvrijstelling valt. Je (klein)kind moet aangifte doen vóór 1 maart in het jaar na de schenking. Schenk je meer dan de vrijstelling? Dan betaalt je (klein)kind minimaal 18% schenkbelasting over het bedrag dat boven de vrijstelling uitkomt.