Leenruimte
Wat nu als een woningeigenaar besluit te verhuizen en deze zijn voormalige hoofdverblijf gaat verhuren? Belangrijk is dat dit voor de bij-leenregeling wordt gezien als een vervreemding. Als er al een nieuwe eigen woning/hoofdverblijf is, of als die binnen drie jaar wordt verkregen, dan moet bij de bepaling van de maximale eigenwoningschuld in box 1 met die gerealiseerde eigenwoningreserve rekening worden gehouden. Dit beperkt daarmee de leenruimte in box 1. Er zijn ook nog andere gevolgen voor de financiering van de volgende eigen woning. Ik noem de belangrijkste punten op hoofdlijnen:
- Als op de oude woning een ‘bestaande eigenwoning schuld’ in de zin van art. 10bis.1 Wet IB 2001 rust, dan kan het overgangsrecht voor deze bestaande eigenwoningschulden worden meegenomen naar de nieuwe woning. Maar let op: als pas na verloop van tijd een nieuwe eigen woning wordt gekocht, dan kan dit overgangsrecht herleven tot uiterlijk 31 december van het jaar volgend op het jaar waarin de fictieve vervreemding van de oude woning heeft plaatsgevonden. Wordt er pas na die datum een woning gekocht en gefinancierd dan moet die financiering volledig voldoen aan de fiscale aflossingseis (art. 3.119c Wet IB 2001).
- Als op de oude woning een eigenwoningschuld rust waarvoor de fiscale aflossingseis geldt, gaat dit aflossingsschema ‘kapstok over’ naar de nieuwe eigen woning. Is er bij fictieve vervreemding van de oude woning al een nieuw hoofdverblijf dan geldt dat op grond van de verhuisregeling (art. 3.119f Wet IB 2001). Zit er tijd tussen – dat kan bij wijze van spreken één dag, maar ook dertig jaar zijn – dan verloopt dat via de regeling van de aflossingsstand (art. 3.119d Wet IB 2001).
————————————————————————————————————–
VOORBEELD:
Herleving overgangsrecht bestaande eigenwoningschulden
Een woningeigenaar is zijn eigen woning gaan verhuren met ingang van 1 mei 2025. Hij had een bestaande eigenwoningschuld van € 200.000. Sinds de verhuur van de woning huurt hij zelf een andere woning. Ondertussen gaat hij op zoek naar een nieuwe koopwoning. Die vindt hij en op 15 december 2026 wordt het voorlopig koopcontract getekend. De levering via de notaris vindt echter plaats op 26 januari 2027. Pas op dat laatste moment is sprake van een eigen woning. Voor het herleven van het overgangsrecht voor bestaande eigenwoningschulden had de levering moeten plaatsvinden uiterlijk 31 december 2026. Op de lening voor de nieuwe woning geldt dus niet langer het overgangsrecht voor bestaande eigen woningschulden.
———————————————————————————————————–
Wilt u meer informatie en advies? U kunt contact opnemen via het contactformulier op de website www.vijzelman.nl of per email: info@vijzelman.nl
Bron: Stam. R, (2025). Fiscale aspecten van verhuur van de eigen woning. Het Register. Vakblad van het Register Belastingadviseurs, juni 2025 nummer 3. P.15-16
Art. 3.119aa, lid 4, Wet IB 2001.